29 april 2020

Wat zij net zei

Mannen onderbreken mannen, maar ze onderbreken vrouwen drie keer zo vaak. Dat merken niet alleen vrouwelijke ministers, dat bleek ook al uit een studie van de Amerikaanse George Washington University uit 2014, waarbij onderzoekers zowel mannelijke als vrouwelijke deelnemers gesprekjes van drie minuten lieten voeren en het aantal interrupties bijhielden. Dus als je vaardig in plaats van aardig gevonden wilt worden lees dan onderstaande tips.

Ooit zat ik in een Vereniging Van Eigenaren. Met alleen mannen. En niet zomaar mannen, nee, drie mannen vol dadendrang die panden opkopen, opknappen en verhuren. Die dagelijks doorpakken, hard praten (want dan schiet het op) en niet luisteren (want dan schiet het nog sneller op).
De eerste vergadering leek het alsof ik minstens 150 jaar was teruggeworpen in de tijd. 163 jaar om precies te zijn: de tijd waarin kiesrecht nog was voorbehouden aan mannen met een bovenmodaal inkomen en Aletta Jacobs nog geboren moest worden. De drie heren zaten zo evident niet op mijn inbreng te wachten dat ik het niet eens probeerde. Ik knikte maar wat, deed alsof ik geboeid was en verbeet mijn ergernis.

De volgende vergadering zou het anders gaan, nam ik me heilig voor. Aldus geschiedde. Ik mat mezelf een hoge status aan (nog even opfrissen wat statusgedrag is? Lees hier over statusgedrag). Ik zat rechtop, keek de mannen nadrukkelijk aan en onderbrak hén. Ik zei wat ik wilde zeggen, niet één keer, maar steeds opnieuw, onder het motto "voor herhalen, toets 1".

Werkte het? Absoluut! Ze konden niet meer om me heen. Maar mijn 'likeability' was tot nul gereduceerd. Comfortabel? Nee. Had ik veel gewonnen? Integendeel. De sfeer was akelig en de follow up was nihil; afspraken werden niet nagekomen en de volgende vergadering liet lang op zich wachten.

Dus dit is de spagaat: gedraag ik me vriendelijk en meegaand, dan word ik niet serieus genomen. Stel ik me zelfverzekerd op, dan ben ik een bitch die als hinderlijk en onvrouwelijk aan de kant wordt gezet.

Nu ben ik niet de enige die daarmee te maken heeft. Nog steeds worden deskundige vrouwen te vaak overruled. Er is zelfs een term voor bedacht: manterrupting, ofwel het onnodig onderbreken van een vrouw door een man. Bekijk dit filmpje.

En bovendien: niet alleen worden vrouwen vaker in de rede gevallen, ze krijgen ook minder waardering voor hun bijdrage in teamverband. "Gender bias": de vaak onbewuste neiging om meer waarde te hechten aan de woorden en daden van mannen dan aan die van vrouwen (Madeline Heilman, New York University, 2005).

Daar hebben trouwens niet alleen vrouwen last van, daaronder zuchten ook mannen die niet passen in het profiel van de zelfbewuste aanpoter. Mensen die zich niet gedragen volgens het stereotype van hun eigen sekse (lage-status-gedrag voor mannen, hoge-status-gedrag voor vrouwen) worden immers negatief beoordeeld. Het Backlash-effect heet dat (zie: Rudman en Phelan, de Status Incongruency Hypothese, 2012). Niet voor niets werd naast Marianne Thieme ook Emile Roemer consequent als verliezer aangewezen in de verkiezingsdebatten.

Zo word je gehoord en gezien: drie tips

Is er in de afgelopen 163 jaar dan echt helemaal niets veranderd? Zeker wel: ook vrouwen hebben ondertussen kiesrecht. Ze gaan massaal naar de universiteit en nemen steeds vaker vooraanstaande posities in.
Toch komen in onze training Profilering & invloed veel deelnemers onder andere met de vraag "hoe zorg ik dat ik echt word gehoord in een vergadering?"
Voor de duidelijkheid: Valkenburg Trainingen is geen bureau speciaal voor vrouwen. Waarom zouden we? Juist de mix van leeftijd en geslacht blijkt keer op keer boeiend. Onderstaande drie tips zijn dan ook bedoeld voor iedereen die zijn zeggingskracht wil vergroten.

Wat zij net zei

Om te beginnen een tip uit het artikel "Wat zij zegt, dat is echt een goed idee" van Anouk Vleugels in NRC. De intro daarvan luidt als volgt: "Vrouwen worden vaker in de rede gevallen dan mannen en krijgen minder waardering voor hun werk. Stafleden in het Witte Huis hebben er al iets op gevonden: tijdens vergaderingen fungeren ze als elkaars 'versterker'. Dat werkt."

Kort gezegd komt het hier op neer: je spreekt van tevoren met iemand af dat de een het punt van de ander herhaalt. Niet in dezelfde woorden, maar wel met zinnen van gelijke strekking; en zo mogelijk met een ander voorbeeld, zodat je niet kan worden beschuldigd van napraten.
Amplificatie wordt dat genoemd: je stem klinkt dubbel zo 'hard'. Ga niet naast elkaar zitten en reageer als "versterker" ook niet onmiddellijk op de eerste bijdrage. Houd liever enige afstand in ruimte en tijd, en begin je bijdrage met iets als "wat Brigitte net zei, dat lijkt me nou echt heel bruikbaar."

Daar ben ik in een training mee aan de slag gegaan. In de pauze heb ik twee deelneemsters even apart genomen en hen geïnstrueerd. De andere wisten van niets. De ingehuurde acteur had ik juist de opdracht gegeven om een hoge status aan te nemen, veel te onderbreken en het woord te nemen. En wat bleek? Het werkte. Zowel de acteur (die ook niets wist van het "bondje") als de andere deelnemers namen veel meer notie van de versterkte boodschap en reageerden er positiever op. Daarmee is geen wetenschappelijk bewijs geleverd, maar frappant was het, dus probeer het eens.

Blijf in de contactpositie

Het schakelen tussen hoge en lage status is belangrijk. Met een hoge status kom je eerder deskundig over, met een lage status vooral vriendelijk en benaderbaar. Train jezelf in de zogenaamde 'contactpositie'. Van daaruit kies je steeds of je naar een hoge status gaat of juist naar een lage. Zo bouw je beurtelings aan je deskundigheid en je likeability. Daarmee vergroot je je invloed enorm!
Is je voorkeursgedrag vriendelijk en benaderbaar? Werk dan aan je hoge status. Ben je juist geneigd wat hoger van de toren te blazen? Werk dan aan je benaderbare kant.

Oogcontact nodigt uit!

Wie kijk je aan nadat je iets hebt gezegd? Mannelijke én vrouwelijke sprekers zijn geneigd om op dat moment vaker een man aan te kijken. Die dat doorgaans opvatten als een uitnodiging, met als gevolg dat mannen vaak als eerste reageren en ook meer aan het woord zijn (Tineke Willemsen, Universiteit van Tilburg).
Probeer eens om daar rekening mee te houden. Richt je op een potentiële medestander en niet op iemand van wie je meteen tegenvuur kunt verwachten.